De acht jaarfeesten of sabbats. Eén van de manieren waarop een heks zich verbindt met de natuur, is d.m.v. het vieren van jaarfeesten. Deze jaarfeesten markeren de overgangen en hoogtepunten van de seizoenen. De acht jaarfeesten noemen we samen ook wel “Het Rad van het Jaar” of Jaarwiel.
Ze worden verdeeld in vier zaai/oogstfeesten, te weten Samhain (Halloween), Imbolc, Beltane en Lughnasadh (Lammas) die gevierd worden aan de vooravond van de nieuwe dag, als de zon onder gaat (bij de Kelten begon de nieuwe dag met de zonsondergang), en in vier zonnefeesten (zonnewenden), te weten Yule (Joel), Ostara, Litha en Mabon. We hebben ze vastgesteld op de 21e, maar daar kan een paar dagen officieel verschil in zitten kwa datum.
Samhain (Halloween), 31 oktober (met zonsondergang aan de vooravond van 1 november)
Dit feest markeert het begin van de donkere helft van het jaar, alsmede afsluiting van het oude jaar en begin van het nieuwe jaar. De God regeert als heerser over leven en dood.
De Godin is in de onderwereld. Op het land is de oogst binnen en alles is klaar voor de winter. Het is ook een slachtfeest. De sluier tussen de twee werelden is zeer dun. Contact met overledenen is makkelijker mogelijk. Het kaarsje in de uitgeholde pompoen staat symbool voor het eeuwige leven van de ziel. In het ritueel wordt het jaar afgesloten en wensen voor het komende jaar geuit. Het huis wordt versierd met bladeren, noten, pompoenen en appels.
Het is koud buiten, de bomen zijn kaal, het is guur weer. De natuur lijkt dood, voedsel ligt opgeslagen voor de komende winter. Behaaglijk staren naar het haardvuur met de gordijnen dicht, dat is wat je het liefste nu wilt. Je balanceert op de grens van waken en slapen, net als de natuur. Dit is Samhain, dood en leven, tijd voor herdenken, tijd voor contemplatie. De sluier is dun, niet meer dan een nevel. Achter de sluier zie je wat geweest is, achter de sluier ligt ook de toekomst.
Yule, 21 december
Dit is het midwinterfeest met de langste nacht van het jaar. Hierna houdt de natuur een paar dagen haar adem in en daarna worden de dagen weer langer. De wederkomst van de zon wordt hier gevierd met veel lichtjes in huis en groenblijvende takken zoals klimop. Hulst met haar rode bessen symboliseert het bloed van de Godin en maretak met de witte bessen het zaad. In vroegere tijden waren dit wilde vruchtbaarheidsfeesten.
Langste nacht, kou en duisternis met de belofte aan warmte en licht. Geboorte van het licht. Nog maar een zwak schijnsel maar de hoop is geboren dat betere tijden aanbreken. Hoop, liefde, warmte, samen zijn. Blij met wat je hebt, blij met wat gaat komen. Dans de dans van leven in de dood.
Imbolc, 31 januari (vooravond van 1 februari)
Imbolc betekent letterlijk “in de buik”. Hier wordt het ontkiemen van de zaadjes gevierd. Er zijn al enkele sneeuwklokjes en lammetjes, we nemen afscheid van de winter. Dit feest is gewijd aan de Godin Birgid. Zij is de Godin van de eeuwigdurende lente, wanneer de koeien nooit zonder melk zullen zijn. Het huis wordt versierd met witte bloemen en witte kaarsen. Ook met potje krokussen en lavendel vanwege het reinigende karakter. De grote schoonmaak van het huis past hierbij en het springen over vreugdevuren als reinigingsproces.
De eerste schuchtere bloemen, teer en kwetsbaar. Soms dwars door met sneeuw bedekte aarde steken ze hun kopjes op. Het stof van de winter verdwijnt langzaam, nieuwe ideeën worden geboren. Nog maar een kleine kiem. Misschien verwerp je een idee, misschien werk je het later uit. Maar het borrelt weer van binnen, net als de aarde die langzaam tot leven komt.
Ostara, 21 maart
Dit is de lente evening, ofwel evenwicht tussen dag en nacht, waarbij het licht de overhand krijgt. Men viert het hoogtepunt van de lente; een nieuw leven. Eieren horen hierbij, net zoals (paas)takken en bloemen. Ostara komt van de Godin Eostra, godin van de lente. In de Mythe horen we hoe de godin het wereldei legt dat uitkomt door de kracht van de zonnegod. Groene kleding hoort bij dit feest.
De natuur barst open, alles is jong en onervaren, alles is fris en pas geboren. Creativiteit ontwaakt, je bruist van het leven, je groeit. De wereld bekijk je door nieuwe ogen. Probeer alles uit, fouten mogen worden gemaakt, daar groei je van.
Beltane, 30 april (vooravond van 1 mei)
Dit feest, ook wel meifeest genoemd, symboliseert het begin van de zomer. De lichte helft van het jaar begint. Het is het feest van de vruchtbaarheid. De Godin regeert over leven, groei en bloei. Traditioneel worden oude bezems verbrand en nieuwe gemaakt. Ook vinden de heksenhuwelijken (handvasten) plaats voor één jaar en één dag. Tijdens het meifeest worden over het Beltane vuur gesprongen voor zuivering, geluk en vruchtbaarheid. Het feest gaat de hele nacht door, waarbij tot diep in de nacht wordt gedanst om de meiboom, versiert met rode en witte slingers. Pas na zonsopkomst mag de meidoorn geplukt en mee naar huis genomen worden. De naam Beltane betekent “ vuur van Bel” (of Belinus=zonnegod).
De natuur wordt bevrucht, alles hunkert naar liefde en lust. Er ligt een vruchtbare bodem voor je voeten. Je hoeft enkel de stuwende kracht aan te wenden om je daden te bekrachtigen. Je handelt, je geeft vorm aan je ideeën en plannen. Je voelt je sterk en onverslaanbaar. Gebruik je levenskracht, gebruik de krachten om je heen.
Litha, 21 juni
Midzomer. Het is de langste dag, het hoogtepunt van de zomer wordt gevierd met gele bloemen. Er zijn weer vreugdevuren, brandende toortsen en ook wordt het zonnewiel rond de cirkel gerold. Aan het eind van het feest wordt over de vuurresten gesprongen.
Het is warm, verstikkend soms, vurig. De zon is oppermachtig. Overal is weldaad en overvloed, de kelk loopt over. Het is midzomer, de langste dag. Al is de natuur uitbundig, zij toont ook haar schaduwzijde, de donkere tijd kondigt zich weer aan. Geniet van de overvloed en sta stil bij de gaven van de natuur. Dans de dans van dood in leven.
Lughnasadh (Lammas), 31 juli (vooravond van 1 augustus)
Dit is het feest van het einde van de zomer en het begin van de herfst. Er wordt eer aan de aarde betoond als dank voor de rijke oogst met oogstpoppetjes en broodjes. Het is ook wel het oogstfeest waarbij ook aan de aarde wordt geofferd. Het is ook het feest van het brood en van het eerste bier. De naam komt van Lug (= god van graan, dood en wederopstanding). Het huis wordt versierd met kruiden.
De eerste oogst wordt binnengehaald. De natuur geeft ons haar vruchten. We zien wat onze arbeid ons heeft opgeleverd, we oogsten en gebruiken deze vruchten.
Mabon, 21 september
Herfstequinox. Evenwicht tussen licht en donker, waarbij het donker overheerst. We nemen afscheid van de zon. We kijken terug op de gulheid van Moeder Aarde. Volgens de mythe geeft de Godin de scepter aan de God. De Godin daalt af naar de onderwereld om een half jaar bij haar meester door te brengen. Het huis wordt versierd met appels, druiven en bladeren.
De laatste oogst, het grote offer. De kracht van de zon neemt zienderogen af, we keren naar binnen om te bepalen wat wij gaan achterlaten, wat wij gaan offeren. Wat we niet gebruiken geven we terug aan de aarde zodat het kan transformeren.